movie scene
Het laatste filmnieuws bekijk je natuurlijk op MovieScene!
- Specials » Artikelen
- 21-05-2015
- Geplaatst door Gert Dronkers
Ozu-retrospectief: de bijzondere films van een groot Japans regisseur
Op dit moment zijn in EYE vijf gerestaureerde films van de Japanse regisseur Ozu te zien. Ik zie de meeste lezers nu heel hard nadenken. Ozu, Ozu … wie is dat?
Sinds 1952 vraagt het Britse filmtijdschrift Sight & Sound elke tien jaar aan filmmakers en recensenten van over de hele wereld om een lijstje met de tien beste films aller tijden te maken. Op basis van die resultaten worden twee lijstjes gemaakt: de beste 250 films volgens recensenten en de beste 100 films volgens regisseurs. In 2012 kwam de film Tokyo Story (1953) als de nr. 1 van regisseurs en de nr. 3 van critici uit de bus. Dat is enigszins opmerkelijk voor een film die nog geen 22.000 ratings heeft op IMDb. Ter vergelijking: Hitchcock's Vertigo, de nr. 1 van critici, heeft ruim 210.000 ratings, terwijl Kubrick's 2001: A Space Odyssey, de nr. 2 van regisseurs, zelfs ruim 360.000 ratings heeft.
Deze veelgeprezen Tokyo Story is dus een film van Ozu. Een groot regisseur, maar helaas worden zijn films hopeloos weinig bekeken. Het is dan ook zeer terecht dat een deel van zijn oeuvre een grondige restauratie gekregen heeft en momenteel op Nederlandse bodem in de bioscoop te zien is, deels voor het eerst.
Yasujiro Ozu werd in 1903 geboren in het Fukagawa-district in Tokyo. Vanaf zijn tiende groeide hij op in het geboorteplaatsje van zijn vader, waar hij tot 1924 woonde. Naar verluidt spijbelde hij met enige regelmaat van de middelbare school om films te kijken. Toen hij in 1917 de film Civilization zag, besloot hij dat hij zelf ook regisseur wilde worden. In 1923 werd hij assistent bij een filmstudio en in 1927 regisseerde hij zijn eerste film. In 1936 maakte hij de overstap van stomme films naar "talkies", waarna hij in 1958 de eerste van zes kleurenfilms maakte. Hij overleed in 1963, een oeuvre van ruim 50 films nalatend.
Wat maakt zijn films zo goed? Allereerst de tijdloze, cultuuroverstijgende thematiek. Bijna alle films van Ozu gaan over kleine, maar universele menselijke drama's. Ze laten klein leed zien, dat toch diep kan zitten. Ouders die het moeilijk vinden om hun kinderen los te laten, oude mensen die in een café met een borrel teveel op klagen over hun eenzame lot, mensen van verschillende sociale standen die langs elkaar heen praten en kinderen die eigenlijk geen tijd voor hun ouders hebben omdat ze druk zijn met hun eigen leven: ze hebben allemaal één ding gemeen. Uiteindelijk zijn we op deze wereld met heel veel eenzame mensen die allemaal hunkeren naar een sprankje liefde, die allemaal hun best doen om iets goeds van hun leven te maken en daar soms wel en soms ook niet in slagen. Wie zou dat niet herkennen?
Sommige zure geesten zeggen dat Ozu ruim 40 keer dezelfde film gemaakt heeft: "Als je er een gezien hebt, heb je ze allemaal gezien". Wie dat beweert, heeft niet goed gekeken. Zoals Monet zo'n 250 doeken met waterlelies schilderde, die toch allemaal uniek zijn en allemaal weer andere details bevatten, of zoals Bach 32 variaties op een thema componeerde die allemaal even voortreffelijk zijn, zo regisseerde Ozu tientallen films waarin de relatie tussen ouders en hun kinderen centraal staat, maar die ook allemaal hun unieke details bevatten.
Daarvoor hanteert hij, zeker in zijn latere werk, een heel karakteristieke stijl die rücksichtslos indruist tegen allerlei filmconventies. Meestal film je mensen vanaf twee meter hoogte, schuin naar beneden kijkend, maar Ozu zet zijn camera's juist heel laag neer, op zo'n 50 centimeter hoogte, waardoor de acteurs volledig in beeld komen en niet alleen hun bovenste helft te zien is. De camera beweegt niet, maar blijft stilstaan, strak gecentreerd op een vaak heel symmetrisch beeld.
Ozu's personages kijken het bioscooppubliek vaak recht in het gezicht aan, waarna de camera recht op het gezicht van de andere gesprekspartner wordt gezet. Dat werkt in eerste instantie verwarrend, maar als je eenmaal aan deze stijl gewend bent maakt die dialogen juist veel persoonlijker en levendiger. Je gaat luisteren wat zijn personages te zeggen hebben, zoals je ook in het gewone leven mensen aankijkt als ze je een persoonlijk verhaal vertellen.
Ozu zal niet voor iedereen gesneden koek zijn. Zijn films vragen, zeker in het begin, om aandacht, geduld en concentratie. Maar als je dat op kunt brengen, ervaar je ook de serene rust die zijn stijl uitstraalt en word je meegezogen in het leven van de gewone man met zijn gewone zorgen: bewust heel klein gehouden, nergens overdreven dramatisch, maar nooit zo zorgvuldig in beeld gebracht als hier en juist daardoor voor iedereen herkenbaar.
Filmmuseum EYE brengt in mei en juni vijf films van Ozu in een nieuwe gerestaureerde kopie uit, waaronder Tokyo Story (1953) en de Technicolor kleurenfilms Equinox Flower (1958), Good Morning (1959), Late Autumn (1960) en An Autumn Afternoon (1962). Deze films zijn ook in een aantal filmtheaters door heel het land te zien, waaronder Breda, Den Haag en Groningen. Vanaf 24 september is als vervolg op de Ozu-flims in EYE een speciaal programma over de Japanse cinema te zien, inclusief Ozu's Late Spring (1949), maar ook films van andere Japanse regisseurs. Meer info op de speciale Ozu-pagina op de site van EYE.
Sinds 1952 vraagt het Britse filmtijdschrift Sight & Sound elke tien jaar aan filmmakers en recensenten van over de hele wereld om een lijstje met de tien beste films aller tijden te maken. Op basis van die resultaten worden twee lijstjes gemaakt: de beste 250 films volgens recensenten en de beste 100 films volgens regisseurs. In 2012 kwam de film Tokyo Story (1953) als de nr. 1 van regisseurs en de nr. 3 van critici uit de bus. Dat is enigszins opmerkelijk voor een film die nog geen 22.000 ratings heeft op IMDb. Ter vergelijking: Hitchcock's Vertigo, de nr. 1 van critici, heeft ruim 210.000 ratings, terwijl Kubrick's 2001: A Space Odyssey, de nr. 2 van regisseurs, zelfs ruim 360.000 ratings heeft.
Deze veelgeprezen Tokyo Story is dus een film van Ozu. Een groot regisseur, maar helaas worden zijn films hopeloos weinig bekeken. Het is dan ook zeer terecht dat een deel van zijn oeuvre een grondige restauratie gekregen heeft en momenteel op Nederlandse bodem in de bioscoop te zien is, deels voor het eerst.
Yasujiro Ozu werd in 1903 geboren in het Fukagawa-district in Tokyo. Vanaf zijn tiende groeide hij op in het geboorteplaatsje van zijn vader, waar hij tot 1924 woonde. Naar verluidt spijbelde hij met enige regelmaat van de middelbare school om films te kijken. Toen hij in 1917 de film Civilization zag, besloot hij dat hij zelf ook regisseur wilde worden. In 1923 werd hij assistent bij een filmstudio en in 1927 regisseerde hij zijn eerste film. In 1936 maakte hij de overstap van stomme films naar "talkies", waarna hij in 1958 de eerste van zes kleurenfilms maakte. Hij overleed in 1963, een oeuvre van ruim 50 films nalatend.
Wat maakt zijn films zo goed? Allereerst de tijdloze, cultuuroverstijgende thematiek. Bijna alle films van Ozu gaan over kleine, maar universele menselijke drama's. Ze laten klein leed zien, dat toch diep kan zitten. Ouders die het moeilijk vinden om hun kinderen los te laten, oude mensen die in een café met een borrel teveel op klagen over hun eenzame lot, mensen van verschillende sociale standen die langs elkaar heen praten en kinderen die eigenlijk geen tijd voor hun ouders hebben omdat ze druk zijn met hun eigen leven: ze hebben allemaal één ding gemeen. Uiteindelijk zijn we op deze wereld met heel veel eenzame mensen die allemaal hunkeren naar een sprankje liefde, die allemaal hun best doen om iets goeds van hun leven te maken en daar soms wel en soms ook niet in slagen. Wie zou dat niet herkennen?
Sommige zure geesten zeggen dat Ozu ruim 40 keer dezelfde film gemaakt heeft: "Als je er een gezien hebt, heb je ze allemaal gezien". Wie dat beweert, heeft niet goed gekeken. Zoals Monet zo'n 250 doeken met waterlelies schilderde, die toch allemaal uniek zijn en allemaal weer andere details bevatten, of zoals Bach 32 variaties op een thema componeerde die allemaal even voortreffelijk zijn, zo regisseerde Ozu tientallen films waarin de relatie tussen ouders en hun kinderen centraal staat, maar die ook allemaal hun unieke details bevatten.
Daarvoor hanteert hij, zeker in zijn latere werk, een heel karakteristieke stijl die rücksichtslos indruist tegen allerlei filmconventies. Meestal film je mensen vanaf twee meter hoogte, schuin naar beneden kijkend, maar Ozu zet zijn camera's juist heel laag neer, op zo'n 50 centimeter hoogte, waardoor de acteurs volledig in beeld komen en niet alleen hun bovenste helft te zien is. De camera beweegt niet, maar blijft stilstaan, strak gecentreerd op een vaak heel symmetrisch beeld.
Ozu's personages kijken het bioscooppubliek vaak recht in het gezicht aan, waarna de camera recht op het gezicht van de andere gesprekspartner wordt gezet. Dat werkt in eerste instantie verwarrend, maar als je eenmaal aan deze stijl gewend bent maakt die dialogen juist veel persoonlijker en levendiger. Je gaat luisteren wat zijn personages te zeggen hebben, zoals je ook in het gewone leven mensen aankijkt als ze je een persoonlijk verhaal vertellen.
Ozu zal niet voor iedereen gesneden koek zijn. Zijn films vragen, zeker in het begin, om aandacht, geduld en concentratie. Maar als je dat op kunt brengen, ervaar je ook de serene rust die zijn stijl uitstraalt en word je meegezogen in het leven van de gewone man met zijn gewone zorgen: bewust heel klein gehouden, nergens overdreven dramatisch, maar nooit zo zorgvuldig in beeld gebracht als hier en juist daardoor voor iedereen herkenbaar.
Filmmuseum EYE brengt in mei en juni vijf films van Ozu in een nieuwe gerestaureerde kopie uit, waaronder Tokyo Story (1953) en de Technicolor kleurenfilms Equinox Flower (1958), Good Morning (1959), Late Autumn (1960) en An Autumn Afternoon (1962). Deze films zijn ook in een aantal filmtheaters door heel het land te zien, waaronder Breda, Den Haag en Groningen. Vanaf 24 september is als vervolg op de Ozu-flims in EYE een speciaal programma over de Japanse cinema te zien, inclusief Ozu's Late Spring (1949), maar ook films van andere Japanse regisseurs. Meer info op de speciale Ozu-pagina op de site van EYE.
Tags: Banshun, Ozu, Tokyo Story, Yasurijo Ozu
Like MovieScene op facebook
REACTIES
Word lid van MovieScene en blijf altijd op de hoogte van het laatste film nieuws en leuke prijsvragen!
REGISTREREN INLOGGENSHOPTOPPERS
WINNEN
UITGELICHT
BEST GELEZEN
LAATSTE REACTIES
-
ijsmummie
Dat lijkt mij geweldige serie , ik keek ... -
ijsmummie
Wauuuuuw wat veel goeie films zit ertuss... -
ijsmummie
He he eindelijk op bluray , mooi voor mi... -
cobrastyle
😍 -
ijsmummie
Oooo wauw die wil graag zien , ik wist ... -
Puzzcat4life
Omg omg Ik wil zo graag naar Endgame! I... -
cobrastyle
Jaaa tof!
Je bent nog niet ingelogd. Log in of maak een nieuw account om een reactie te plaatsen.