La Linea (The Line) grossiert vooral in uitleg, ondanks de aanwezigheid van een blik opengetrokken, voormalige 'A-list' sterren.
Julio Salazar (Andy Garcia), het doodzieke hoofd van een machtig drugskartel, wijst zijn onbesuisde luitenant Pelon (Esai Morales) als opvolger aan, tot groot ongenoegen van zijn andere vertrouwelingen. Pelon bevestigt meteen zijn reputatie van heethoofd door de wijze raad van de baas in de wind te slaan en contact te leggen met Afghaanse terroristen. Zij willen heroïne van topkwaliteit ruilen voor directe toegang tot ‘La Linea', de smokkelroutes van Salazar tussen Tijuana en de VS. De Amerikaanse autoriteiten sturen huurmoordenaar Mark Shields (Ray Liotta) op Pelon af. Maar Shields, een absolute professional, wordt achtervolgd door demonen uit het verleden.
Bovenstaande beschrijving komt letterlijk van de achterkant van de dvd van La Linea , en biedt alle ruimte voor verwachtingen. Na het zien van de film blijft één vraag door mijn hoofd spoken. Waar gaat de film over? Is het een parodie op Scarface (Brian de Palma), Blood in Blood Out (Taylor Hackford), Heat (Michael Mann), Desperado (Robert Rodríguez), of kun je het een, in quasi Tony Scott-stijl gefilmde, computergame noemen, waarin één aspect duidelijk is. Hóe iemand zo bloederig mogelijk te vermoorden.
Toppunt is de door luitenant Pelon gebruikte slijptol in één scene, natuurlijk geïnspireerd op de meesterlijk geregisseerde badkamerscène uit Scarface . Met als enig verschil het bij Scarface wel doen meeleven met de hoofdpersoon, en hier niet. In La Linea belemmert stereotypering die empathie, getuige de wijze waarop Esai Morales zijn luitenant Pelon gestalte geeft, en hiermee voor ongewild bedoelde diepgang geen ruimte laat. Het grootste euvel van het scenario vormt dan ook de 'recht-toe-recht-aan' vertelling. Een voorbeeld; huurmoordenaar Shields zoekt een bende. Op straat klinkt vanuit een telefooncel een ring. Shields antwoordt. Hij krijgt instructies om naar de Manhattan Bar te komen en naar José te vragen. Via de bar komt hij terecht in een hotelkamer. Op bed liggen wapens. Vult u het zelf maar in.
Andy Garcia, Ray Liotta, Esai Morales, Armand Assante, Danny Trejo, Bruce Davison, Joe Morton, en Kevin Gage zijn namen die er niet om liegen. Wat zal het een feest van herkenning zijn geweest om met elkaar te kunnen mogen spelen en schieten. Ik heb de kogels niet geteld, maar er wordt in deze film meer geschoten dan gepraat, en als er dan al gepraat wordt, krijgt de kijker slechte woordgrappen gepresenteerd die zo slecht zijn dat het ook weer een kwaliteit geeft. "Now you tell Napoleon that mister Water and Loo are in town, and they don't miss". Of deze: 'The food in Mexico is like the pussy. Some of it looks good. but you never know what you are eating". Eentje nog. "Jesus, those taco's down here kill me man". Ook grossiert de film in uitleg door de aankomst van Afghaanse terroristen, niet alleen in dialoog maar ook door beelden te tonen, en de vele flashbacks waarin de demonen uit Shields verleden worden getoond, in een terugkerend patroon te tonen.
Na een uur is de film wel klaar, maar dan komt er nog een quasi The Wild Bunch -achtige shoot out die elke grens van logica overschrijdt. Blijf dan ook maar zitten voor de plotwending in de derde acte. Heb ik hiervoor naar deze film gekeken? Het feest aan herkenning van acteurs is één reden om de film twee ballen te geven. De rest mag u zelf ervaren.
Extra's
Een 16 minuten durende making of van de film die leuker is dan de film zelf.
is vooral een parodie op karakters, verhaallijnen, en sfeer uit eerder verschenen, en hierboven genoemde fil De spetterende cast is de belangrijkste reden voor het scoren van twee in plaats van nul ballen.